Archeologie en Geologie

De sarcofaag van Bocholtz

In 2003 werd de sarcofaag van Bocholtz gevonden. Van de vondst en opgraving van de sarcofaag van Bocholtz is een presentatie gemaakt.

In 2016 werden Roger Scheeren, gemeente Simpelveld, en Ine Scholl van de Heemkundevereniging de Bongard, geïnterviewd door Erwin Deswijzen van
RTV Parkstad, over de tentoonstelling van de sarcofaag in Bocholtz.

Wie zijn wij?

Als sectie Archeologie en Geologie zijn wij een groep mensen die interesse hebben in Archeologie en daarbij vooral de aandacht richten op onze eigen gemeente. De sectie is opgericht op 1 mei 1988. Wij zijn amateurs die naast onze dagelijkse verplichtingen af en toe tijd maken voor de archeologie. Enkelen van ons hebben gebruik gemaakt van cursussen die men bij de Archeologische vereniging Limburg (AVL) kan volgen. Anderen verlenen ondersteuning bij projecten met hand- en span diensten of doen veldwerk; het is en blijft vrijwilligerswerk.

Meedoen?

Mensen die interesse hebben, kunnen zich melden bij sectievoorzitter Ine Scholl- Vlieks, tel. 045-5445188 of via e-mail: rschollmolsberg@hotmail.com

Verzamelen en vastleggen

Een van onze doelstellingen is het vastleggen en verzamelen van alles wat er op archeologisch gebied in of in de nabijheid van onze gemeente gebeurt. Dat wij ons daarbij ook in andere vakgebieden zoals geologie (in het geval van de sarcofaag van Bocholtz) of  cartografie (zoals in het geval van de Akense grenssteen) moeten verdiepen, zien wij als een uitdaging en een verrijking van onze hobby.(Doelstelling sectie Archeologie, 1988)

Enkele voorbeelden van activiteiten zoals die de afgelopen decennia door onze groep zijn opgepakt kunt U op deze pagina aanklikken.

Het curriculum van de sectie

1988

In 1988 zijn proefsleuven gegraven rondom het kasteel de Bongard, waardoor meer inzicht is ontstaan hoe het kasteel er vroeger moet hebben uitgezien. (p.m. Link met het artikel van J. Bonten in de Bongard).

1989

Ook in 1989 hebben de leden weer kunnen graven, in dit geval aan de heropgraving van de Romeinse villa de Molt; de fundamenten van deze villa zouden in verband met woningbouwplannen verdwijnen.

Al in 1937 en in 1947 waren onder leiding van dhr. Braat, archeoloog van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, en dhr. Houpermans, conservator van kasteel Ehrenstein in Kerkrade, ter plekke opgravingen verricht.  Onder de vlag van het Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (R.O.B.) – in samenwerking met de heren Stoepker en Horbach – hebben tientallen vrijwilligers van de Heemkundevereniging De Bongard de al bekende en enkele onbekende muren inclusief twee kelders vrijgelegd. (De Bongard jaargang 2, nr 1, Maart 1990, blz 6 t/m 11)

1992

Augustus en september 1992: de opgraving van de villa Dellender (op de grens tussen Bocholtz en het aangrenzende Duitse Vetschau) is een hoofdzakelijk Duitse actie geweest, maar omdat een klein deel ook op Nederlands – meer specifiek Bocholtz – grondgebied lag, is ook aan deze kant van de grens gegraven.

Enkele leden van onze sectie zijn hierbij aanwezig geweest. Zie ook het artikel van J.P de Warrimont in Archeologie in Limburg van dec 1992.

1995

In samenwerking met het R.O.B. in de persoon van Funs Horbach hebben wij in 1995 de fundamenten mogen vrij leggen van een grote Romeinse schuur (14,1 meter bij 21,5 meter). Deze was gelegen op het industrieterrein De Locht, op de plek waar nu het nieuwe kantoor van de firma Imtech staat. Meer info in een artikel van R. Scholl in De Bongard met een verslag van deze opgraving: De Romeinse schuur.

1998

In Leiden werd in 1998 het Oudheidkundig Museum verbouwd. De originele Sarcofaag van Simpelveld, een wereldberoemd stuk, opgegraven in 1930, verbleef als gevolg hiervan tijdelijk in het Bonnefanten Museum te Maastricht. Om bekendheid te geven aan het verblijf in Limburg van deze befaamde sarcofaag uit onze gemeente is van mei tot september 1998 in het gemeentehuis een tentoonstelling georganiseerd over de opgraving in 1911/1913 van de Romeinse villa Vlengendaal te Bocholtz, in nauwe samenwerking met het R.O.B., waarbij gebruik is gemaakt van hun prachtig vondstmateriaal uit het depot in Maastricht.
Hierbij is het Duitstalige opgravingsverslag uit 1913 door ons vertaald en voorzien van een historische inleiding. Dit is in het boekje “Boeren, Buren, Buitenlui” opnieuw uitgegeven om alles onder een breder publiek een grotere bekendheid te geven.

Enkele leden van onze sectie hebben met verve en veel plezier de kinderen van de lagere scholen van Bocholtz en Simpelveld op onze tentoonstelling rondgeleid.

2000

In 2000 is een grenssteen gevonden die dankzij de oplettendheid van een lid van de Heemkundevereniging nu voor iedereen te bewonderen is.

2003

Begin 2003 hebben wij in samenwerking met de sectie Wegkruisen en de gemeenten Heerlen en Simpelveld gezorgd voor twee fundamenten en een bordje met kaart en uitleg bij het herplaatsen van de in 2000 teruggevonden grenssteen. Hiervoor zijn boeken en oude kaarten in archieven geraadpleegd, die ons meer over deze steen konden vertellen.

Na de herplaatsing is het nieuwe wegkruis samen met de grenssteen, waarop de Akense adelaar te bewonderen is, te zien aan het grenspunt 212 op het grensoverschrijdende industrieterrein Avantis.

Het jaar 2003 is voor ons toch bij uitstek het jaar van de sarcofaag van Bocholtz. Deze bijzondere vondst is eind 2003 door de professionals van het R.O.B. opgegraven. Wij hebben dit met veel foto’s vastgelegd en één en ander voor de leden van de Heemkundevereniging en voor de vele geïnteresseerden in een presentatie aanschouwelijk gemaakt.

2004

Naar aanleiding van het opgraven van de sarcofaag van Bocholtz is door ons in samenwerking met het R.O.B., het Thermenmuseum Heerlen en de gemeente Simpelveld een fototentoonstelling in het gemeentehuis van Simpelveld georganiseerd, die gedurende enkele maanden in 2004 te bezichtigen was.

Door een bezoek aan het Rheinisches Landesmuseum Bonn en aldaar navraag te doen, alsook gegevens op te vragen uit de archieven in het Thermenmuseum Heerlen is ons een hoop duidelijk geworden rondom de zogenaamde zilverschat van Bocholtz.

Deze schat is in mei 1983 gevonden door mensen met een metaaldetector
enkele tientallen meters aan de Duitse zijde van de grens nabij Bocholtz. Dit is niet ver van de Romeinse villa Dellender. Zij bestond uit ruim zevenhonderd zilveren Romeinse munten. waarvan nu 386 stuk in het bezit zijn van het Landesmuseum in Bonn, een deel geveild is in Amsterdam, en een deel onder particulieren verdeeld is.

2005

Tengevolge van de opgraving van de sarcofaag van Bocholtz zijn wij in 2005 meer te weten gekomen over de in de volksmond  zogenoemde “Romeinse villa” bij Soureth. Dit is een locatie van een met bomen begroeide verhoging in het veld, tussen de twee autosnelwegen. Het is thans weliswaar gelegen op Heerlens grondgebied maar op een steenworp van de gemeentegrens met Simpelveld en vroeger behorend tot de gemeente Simpelveld.

Een korte toelichting: in 1968 bij de aanleg van een industrieterrein dreigde deze archeologisch interessante plek te verdwijnen. Om de archeologische gegevens vast te leggen, volgde een officiële opgraving door het R.O.B. We hebben de draad opgepakt.
Het zoeken en inventariseren van alles wat over dit onderwerp bekend is, zal hopelijk leiden tot een informatief verhaal dat weer een mooie aanvulling op onze streekkennis wordt.

Het heden

Een ander onderzoekje, waar onze sectie regelmatig mee bezig is, is het zoeken naar de locatie van het tweede kasteel in Bocholtz, namelijk Kasteel Overhuizen, dat samen met het kasteel De Bongard de enige kastelen op het grondgebied van de huidige gemeente Simpelveld zijn geweest.

De helaas overleden penningmeester van onze Heemkundevereniging, Math Horbach, had een vermoeden van de locatie van dit kasteel waarvan nu nog alleen de economische gebouwen, het halfwinhuis en de huiskapel overgebleven zijn. We willen zijn zoektocht voortzetten.

Ook hier heeft onderzoek in archieven (onder meer in Berlijn) ons veel zinvolle informatie kunnen geven. Wij zijn dan ook een aardig eind op weg en een artikeltje in ons verenigingsblad mag niet te al lang meer duren.

Verdere aandachtspunten voor onze sectie zijn: de oude vondstmelding uit 1924, waarbij een zevental knikwandpotjes en enkele zwaarden (mogelijk Merovingisch) in een kiezelgroeve aan de Rolduckerweg gevonden zijn. Deze vondsten alsnog traceren en voor de gemeenschap veiligstellen, zou geweldig zijn. (p.m. Link met artikel uit de Bongard nr 4 jaargang 1997 blz 65 een uitgebreid artikel van dhr Huub Franssen.)

En als laatste punt wat wij hier willen vermelden, is het inventariseren van veldvondsten een bezigheid die met regelmaat terugkomt.